Actualiteiten

Overleg met OR over beloning top verplicht vanaf 1 januari 2019

Per 1 januari 2019 treedt de wijziging Wet op de Ondernemingsraden inzake uitbreiding bevoegdheden OR met betrekking tot beloningsverschillen in organisaties waar tenminste 100 werknemers werkzaam zijn in werking. De OR moet de beloningsverschillen minimaal eenmaal per jaar met de bestuurder in een overlegvergadering bespreken. Deze overlegverplichting komt boven op de bestaande verplichting voor alle organisaties om de OR tenminste eenmaal per jaar schriftelijk te informeren over beloningsverschillen binnen de organisatie alsmede de beloning van de top van de onderneming ( zie art.31 leden 1 en 2 WOR ).

Adviesrecht ondernemingsraad bij faillissement

De Hoge Raad heeft op 2 juni 2017 ( JOR 2017/248) geoordeeld dat de ondernemingsraad ook in faillissementssituaties in beginsel een adviesrecht heeft. De Ondernemingskamer had eerder geoordeeld dat dit adviesrecht onverenigbaar is met de rol van de curator.De Hoge Raad vernietigt deze beschikking en oordeelt dat de gevolgen en doeleinden van het faillissement niet zodanig zijn
dat de toepasselijkheid van de WOR zich niet verdraagt met de toepasselijkheid van de Faillissementswet.
Met uitzondering van de gevallen waar de curator goederen verkoopt op grond van artikel 176 Faillissementswet dan wel werknemers ontslaat op grond van artikel 40 Faillissementswet ,al dan niet in het kader van een beëindiging van de onderneming ,dient hij de voorschriften van de WOR tijdens faillissement in zijn algemeenheid na te leven.
Met name in de situatie waarin de curator goederen verkoopt in het kader van een voortzetting van de onderneming en/of indien hij een doorstart beoogt waarbij eventueel ook arbeidsplaatsen behouden blijven moet hij de ondernemingsraad om advies vragen.

OR moet al worden betrokken bij de voorbereiding van besluiten

De WOR bepaalt in artikel 25 lid 2 dat de ondernemingsraad moet worden ingeschakeld op een zodanig moment dat ze de besluitvorming nog wezenlijk kan beinvloeden.
Artikel 24 lid 1 geeft daar verdere concretisering aan door voor te schrijven, dat in de overlegvergadering mededeling moet worden gedaan over besluiten, die hij in voorbereiding heeft met betrekking tot onder meer adviesplichtige aangelegenheden.Daarbij moeten afspraken worden gemaakt wanneer en op welke wijze de ondernemingsraad in de besluitvorming wordt betrokken.
In de praktijk is deze duidelijke bepaling voor het medezeggenschapsproces tot voor kort een dode letter gebleken.
De Ondernemingskamer heeft op 17 november 2016(Nalco/ ARO 2017/47) echter meegewogen, dat in het kader van een voorgenomen sluiting de ondernemer de ondernemingsraad conform artikel 24 lid 1 al had moeten informeren op het moment dat de sluiting een aannemelijk scenario werd en niet op het moment waarop de voorgenomen sluiting al als definitieve business case was uitgewerkt.
De ondernemer had derhalve bij de afweging van de betrokken belangen in redelijkheid niet kunnen komen tot het besluit tot sluiting en werd veroordeeld tot het intrekken van het besluit, het ongedaan maken van de gevolgen en het niet langer verrichten van handelingen ter uitvoering van het besluit.

Duidelijkheid over rol en verantwoordelijkheid bestuurders en commissarissen bij vereniging, coöperatie, onderlinge waarborgmaatschappij en stichting

Op 8 juni 2016 is het Wetsvoorstel bestuur en toezicht rechtspersonen bij de Tweede Kamer ingediend. Met het wetsvoorstel gelden voortaan dezelfde regels met betrekking tot taakvervulling, tegenstrijdig belang en aansprakelijkheid voor alle rechtspersonen.

Belangrijk is dat hierdoor de aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen in geval van faillissement wordt verruimd naar bestuurders en commissarissen van niet-commerciële verenigingen, stichtingen en informele (niet notarieel opgerichte) verenigingen. De regeling met betrekking tot de omkering van de bewijslast, waarbij het niet naar behoren voeren van een administratie en/of het niet tijdig deponeren van de jaarrekening kwalificeert als onbehoorlijk bestuur en geacht wordt een belangrijke oorzaak van het faillissement te zijn, verzwaart de aansprakelijkheid. Deze aansprakelijkheid wordt beperkt voor onbezoldigde bestuurders en commissarissen bij een sport- of culturele vereniging  of stichting.

Vestigen en verstevigen van de relatie tussen RvC en OR

De Commissie Bevordering medezeggenschap van de Sociaal-Economische Raad heeft een handreiking opgesteld voor leden  van Raden van Commissarissen en Raden van Toezicht teneinde een goed contact met de ondernemingsraad te bevorderen. Hun gedeelde belang is immers het goed functioneren van de onderneming en dus ook van de Raad van Bestuur. Zie www.ser.nl

Copyright 2010 Mr.J.A.van Gijzen Consultancy B.V. - Disclaimer